Opladers voor auto-accu's spelen een cruciale rol bij het onderhoud van auto's, maar bij daadwerkelijk gebruik komen er vaak enkele veel voorkomende problemen voor.
Ten eerste start de oplader mogelijk niet goed of laadt hij langzaam op. Dit kan te wijten zijn aan een storing in de oplader zelf, een probleem met het stopcontact of slecht batterijcontact. Oplossingen zijn onder meer controleren of het netsnoer van de oplader goed is aangesloten, het stopcontact vervangen en de accupolen schoonmaken om goed contact te garanderen.
Ten tweede kan de oplader ongebruikelijke geluiden maken. Dit geluid kan worden veroorzaakt door losse of defecte interne onderdelen. Oplossingen zijn onder meer het controleren van de oplader op vreemde voorwerpen, het bevestigen dat alle onderdelen correct zijn geïnstalleerd en het indien nodig vervangen van defecte onderdelen.
Bovendien is oververhitting van de oplader ook een veel voorkomend probleem. Oververhitting kan worden veroorzaakt doordat de oplader te lang werkt, de omgevingstemperatuur te hoog is of de interne warmteafvoer van de oplader slecht is. Oplossingen zijn onder meer het verkorten van de oplaadtijd, het plaatsen van de oplader in een goed geventileerde ruimte en ervoor zorgen dat de warmteafvoergaten van de oplader onbelemmerd zijn.
Bovendien herkent de lader het batterijtype mogelijk niet, waardoor het opladen niet lukt. Oplossingen zijn onder meer het handmatig instellen van de laderparameters of het vervangen van een compatibele lader.
Soms stopt de oplader niet met opladen, waardoor de batterij overladen kan raken. Oplossingen zijn bijvoorbeeld het handmatig monitoren van de laadstatus, het tijdig loskoppelen van de lader of het gebruik van een lader met automatische stopfunctie.
Bovendien kan een abnormale uitgangsspanning of -stroom van de lader de accu of het elektrische systeem van het voertuig beschadigen. Oplossingen omvatten het gebruik van professionele instrumenten om de output van de lader te detecteren en indien nodig de lader te vervangen.
Bovendien kunnen beschadigde oplaadkabels kortsluiting in het circuit of elektrische schokken veroorzaken. Oplossingen zijn onder meer het tijdig vervangen van beschadigde kabels en het vermijden van het gebruik van beschadigde laders.
Ten slotte kunnen sommige verouderde of kwalitatief slechte laders een lage laadefficiëntie hebben, wat resulteert in lange oplaadtijden. Oplossingen zijn onder meer het vervangen van hoogwaardige, hoogefficiënte laders.