De temperatuurbeveiliging van de omvormer is een belangrijk mechanisme dat is ontworpen om ervoor te zorgen dat de omvormer onder verschillende bedrijfsomstandigheden een geschikt temperatuurbereik handhaaft, waardoor de betrouwbaarheid, stabiliteit en levensduur van de apparatuur worden verbeterd. De interne componenten van de omvormer, zoals elektronische componenten en vermogenshalfgeleiders, zijn temperatuurgevoelig, dus er moeten maatregelen worden genomen om oververhitting en mogelijke schade te voorkomen.
Temperatuursensor:
De omvormer heeft ingebouwde temperatuursensoren, die meestal zijn verdeeld over de belangrijkste elektronische componenten en warmteafvoeronderdelen.
De temperatuursensor bewaakt in realtime de interne temperatuur van de omvormer en verzendt deze gegevens naar het besturingssysteem van de omvormer.
Instelling temperatuurdrempel:
Het besturingssysteem stelt de maximale temperatuurdrempel in waarbij de omvormer veilig kan werken op basis van de ontwerpspecificaties en de aanbevelingen van de fabrikant.
Deze drempel hangt doorgaans af van de constructiematerialen, het thermische ontwerp en de thermische prestaties van de omvormer.
Monitor en vergelijk in realtime:
Het besturingssysteem bepaalt of er risico op oververhitting bestaat door de interne temperatuur van de omvormer in realtime te vergelijken met de vooraf ingestelde drempelwaarde.
Als de temperatuur een ingestelde drempel overschrijdt, wordt aangenomen dat het systeem een potentieel risico op oververhitting loopt.
reactiesnelheid:
Het temperatuurbeveiligingssysteem moet snelle responseigenschappen hebben om ervoor te zorgen dat overeenkomstige beschermende maatregelen onmiddellijk kunnen worden genomen wanneer de temperatuur de drempel overschrijdt.
Een hogere reactiesnelheid helpt langdurige oververhitting te voorkomen en vermindert het risico op schade aan apparatuur.
Verminder het uitgangsvermogen:
Wanneer het temperatuurbeveiligingssysteem wordt geactiveerd, is een van de gebruikelijke maatregelen het verminderen van het uitgangsvermogen van de omvormer.
Temperatuurstress kan effectief worden verzacht door de tijd dat stroom door gevoelige componenten vloeit te verkorten.
Automatische uitschakeling:
In extreme gevallen, wanneer de temperatuur stijgt tot een niveau dat ernstige schade aan de omvormer zou kunnen veroorzaken, kan het systeem ervoor kiezen om de omvormer automatisch uit te schakelen.
Automatische uitschakeling voorkomt dat apparatuur werkt bij te hoge temperaturen en beschermt interne componenten tegen schade.
Herstelmechanisme:
Zodra de temperatuur naar een veilig niveau is gedaald, beschikt het temperatuurbeveiligingssysteem meestal over een automatisch herstelmechanisme, waardoor de omvormer opnieuw kan opstarten en de normale werking kan voortzetten.
Slimme ventilatorregeling:
Omvormers zijn vaak uitgerust met koelventilatoren, en temperatuurbeveiligingssystemen kunnen slimme ventilatorregeling omvatten.
Op basis van veranderingen in de interne temperatuur kan het systeem de ventilatorsnelheid aanpassen om de warmteafvoer te verbeteren.
Communicatie-interface:
Geavanceerde omvormers kunnen mogelijk communiceren met bewakingssystemen en temperatuurinformatie verzenden naar externe bewakingssystemen voor realtime bewaking op afstand en foutdiagnose.